dinsdag, april 29, 2008

Het leven zoals het is (en zal zijn)… in Ghana

De eerste dagen verhuisde ik wat van hotel naar hotel… Ik zocht een goedkoper hotel en Lydia (een doof meisje uit Accra) stelde me voor dat ik bij haar bleef. Hoe dat nu ongeveer is: twee weken in Accra? Anders dan in het noorden van het land... Maar het eten is hetzelfde. Fufu, banku, tuo zafi (TZ), kenkey,... Papkes en deegballen die me al snel weer mijn oren uitkwamen. Nee, ik blijf erbij: het eten is daar niet lekker. Ja, ik ben verwend, ja het is te eten, ja je moet overleven, maar neen, ik vind het niet lekker :-). Het lekkerste is yam (lijkt op aardappelen) en doodgewone rijst. Dus is één van de luxes die ik mij ga veroorloven : ik ga niet voor mij laten koken (ja, u leest het goed: ik vind het een luxe om niet voor me te làten koken). Ik weiger 9 maanden TZ te eten als ik ook gewoon zelf kan koken. Op houtskoolvuurtje met een patat, een ajuin en een wortel en wat kruiden kan je al iets lekkers ineenflansen.

Dan nog het vervoer. Accra zit dicht. Bombay zit nog meer dicht, maar Accra is anders, Accra heeft niet zoveel inwoners, is zeer uitgestrekt. Lage eenvoudige gebouwen. Veel zandwegen. Wegen met kuilen. Maar amper ‘officieel’ openbaar vervoer. Geen trein. Geen tram. Geen metro. De wegen zitten dus dicht, en het openbaar vervoer gaat via een systeem van taxi's en minibusjes waarvan ik de structuur écht niet doorzag. Je bent gemakkelijk twee uur onderweg naar een ander stadsdeel. Hetzelfde als van Hasselt naar Gent.

Het regende een keer en in een halfuur stond er 50 cm water in de straat waar ik was. We schuilden in een marktkotje en toen de bus eraankwam moesten we door dat water waden. VIES. Vies vies vies! Ik wil niet weten wat daar allemaal in zat. Ik besloot meteen na aankomst in Engeland mijn schoenen in de was te gooien ;-). Vanuit de bus leek de halve stad blank te staan. Het water stroomde zo snel dat het precies een rivier was. Ik gebaarde vol ontzag: ‘Is dit normaal hier?’. 'Oh yeah… A great experience for you', grijnsde Lydia.

Voor mijn drie bezoeken naar het dorp Adamorobe heb ik mij de luxe veroorloofd een taxi te huren voor een dag. Anders moet je vijf keer overstappen op busjes en eer je daar bent is de dag om. Het leven in het dorp zal makkelijker zijn. Lekker te voet. Maar waar ga ik mijn 'speciaal' (= niet-deeg-achtig) eten halen en waar ga ik op internet raken. Niet in het dorp, neen. Een stadje, vijf tot tien kilometer verder. Ik werd aangeraden om een brommerke te kopen. Eerst lachte ik het weg : "blanken kunnen zich niet wassen met een emmer, blanken kunnen geen TZ eten en blanken kunnen ook al niet fietsen…? Ik, Annelies, ben net ietske flinker dan dat!” Maar toen me werd uitgelegd hoe ver het ongeveer was, gaf ik maar toe. Ik ben mijn zonnesteek van in het noorden nog niet licht vergeten. Ik trotseer het dagelijkse verkeer in Bristol op mijn stoere mountainbike, maar fietsen in Afrika, als je even hard plakt als een snoepje, evenveel energie hebt alsof je 40 uur niet geslapen hebt, om de haverklap een platte band, en bergop op een zandweg, en misschien in een regenbui (=douche) terechtkomen en worden lastig gevallen door 5 kindjes die mee willen op je fiets? Naah. Annelies op een brommerke. Zij die mij een beetje kennen, weten dat dat nog een fenomeen wordt.

Ik ga mij nog één luxe veroorloven. Misschien zal ik af en toe iemand in dienst nemen om tegen betaling mijn was te doen. Nee, ik ben niet lui! Nee nee nee! Het is gewoon zo dat ik – ook al zit ik twee uur moedig te schrobben, met mijn blok zeep in koud water, om de liters zweet uit mijn kleren te krijgen (en intussen liters nieuw zweet te produceren) ik krijg mijn kleren nog niet zo proper en geur-vrij als de Ghanezen dat kunnen op een halfuur. En hey! Ik heb het wél écht geprobeerd! Heel hard! :-)

Voor de rest zie ik het zitten. Heel erg goed. Het dorpje is erg mooi gelegen, in een vallei tussen groen beboste heuvels. En zoals uitgelegd in mijn vorige blog voel ik mij welkom door de groep doven.

Het zal niet makkelijk worden, veel moeilijker dan vrijwilligerswerk zoals 2 jaar geleden. Uiteindelijk heb je als onderzoeker veeeeel verantwoordelijkheid en sta je in een dubbele positie: je wilt "gewoon" leren van de mensen daar, maar je moet iets teruggeven voor die info. En ze willen meer dan wat je geeft, want je bent blank en dus rijk. Altijd weer vermoeiend maar altijd weer interessant. The story continues... in oktober!

Geen opmerkingen: